Verpakt de opgegeven rij of kolom met waarden op kolommen na een opgegeven aantal elementen om een nieuwe matrix te vormen.
Syntaxis
=WRAPCOLS(vector, wrap_count, [pad_with])
De syntaxis van de functie WRAPCOLS heeft de volgende argumenten:
-
vector De vector of verwijzing die moet worden verpakt.
-
wrap_count Het maximum aantal waarden voor elke kolom.
-
pad_with De waarde waarmee moet worden opgevuld. De standaardwaarde is #N/A.
Opmerkingen
De elementen van de vector worden in een tweedimensionale matrix per kolom geplaatst. Elke kolom heeft wrap_count-elementen. De kolom is gevuld met pad_width als er onvoldoende elementen zijn om de kolom op te vullen. Als wrap_count groter is of gelijk is aan het aantal elementen in de vector, wordt de vector eenvoudigweg in één kolom geretourneerd.
Fouten
-
Excel retourneert een #VALUE wanneer vector geen eendimensionale matrix is.
-
Excel retourneert een #NUM wanneer wrap_count kleiner is dan 1.
-
Excel retourneert een #N/A-fout voor elke cel in de retourmatrix die geen resultaten heeft.
Voorbeelden
Kopieer de voorbeeldgegevens uit de volgende tabel en plak deze in cel A1 van een nieuw Excel-werkblad. Zo nodig kunt u de kolombreedten aanpassen als u alle gegevens wilt zien.
Hiermee wordt de rij in het bereik A2:G2 verpakt in een matrix in het bereik A4:C6 van drie kolommen. De laatste twee ontbrekende elementen retourneren #N/A.
|
Gegevens |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
|
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
|
Formules |
||||||
|
=WRAPCOLS(A2:F2,3) |
Hiermee wordt de rij in het bereik A2:G2 verpakt in een matrix in het bereik A4:C6 van drie kolommen. De laatste twee ontbrekende elementen retourneren het padteken 'x'.
|
Gegevens |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
|
A |
B |
C |
D |
E |
F |
G |
|
Formules |
||||||
|
=WRAPCOLS(A2:G2,3,"x") |
